“We hebben mar ien plan, elke wedstrijd winne
Doar kome we vandan, onderaan beginne!”
Op zaterdagavond 13 december zat ik in Theater de Veste te genieten van Rowwen Heze en toen gingen bij dit nummer (Onderaan Beginne) mijn gedachten naar DSC 4 en de weg die we afgelopen seizoenen hebben afgelegd. In seizoen ‘22/’23 begonnen we met een nieuw team met jeugdspelers (en twee jeugdtrainers) mee te doen aan de KNSB competitie. Na drie seizoenen 6e klasse (respectievelijk 3e, 2e en 1e plaats) doen we nu voor het eerst mee in de 5e klasse, en waar ik aanvankelijk dacht aan handhaving is het doel nu toch wel echt “elke wedstrijd winne” en kampioen worden. Overigens stond in seizoen ‘22/’23 ook Sliedrecht 3 uit op het programma, toen verloren we daar met 4,5-3,5 en werd Sliedrecht 3 dat seizoen 2e. Het jaar erop speelde Sliedrecht 3 5e klasse en werd het meteen kampioen! Dat voorbeeld willen wij graag volgen. Hiervoor moest er gewonnen worden in Sliedrecht en met veel pijn en moeite lukte het ons om een 5-3 overwinning uit het vuur te slepen.
Zelf mocht ik de openingsscore op het bord zetten. Van tevoren had ik nog eens naar mijn statistieken gekeken en zag ik dat al mijn 5 zwartpartijen extern (KNSB en HSB) remise had gespeeld en al mijn 3 witpartijen had gewonnen. Nu speelde ik weer met zwart en deze reeks wilde ik graag doorbreken. Toen mijn tegenstander Joost Stoker op bord 4 mij de kans gaf om een zijvariant te kunnen spelen met 3…g5!?, een stelling die ik een paar jaar geleden wel eens goed had geanalyseerd, wist ik dat we in ieder geval ergens terecht zouden komen waar de kans op remise vele malen kleiner was dan dat er een beslissing zou vallen. Joost was gelukkig ook niet op de hoogte van de finesses van deze zijvariant en deed in de eerst tien zetten toch wel een paar serieuze concessies aan zijn stelling:

Ik was al content dat ik 6…e4 kon spelen en zijn paard weer naar g2 terug moest, maar hier ging Joost voor 8.Dh5+? Mijn koning moet dan naar f8, en mogelijk wordt mijn pion op g5 ooit zwak, maar wit kan er nauwelijks/geen stukken bij halen, en zijn dame doet daar niet zoveel verder. Wit heeft echt snel constructieve zetten nodig in bovenstaande stelling om niet opgerold te worden. Na 8..Kf8 9.b5 Pb4! (niet bang zijn voor de penning) 10. La3 De7 heeft zwart serieuze dreigingen, ondanks dat zijn dame gepend staat. De loper op g7 is nu heel sterk, nu zijn counterpart op a3 staat, Pc7+ staat op het programma, alsook dxe3 met mogelijk torenwinst. En tenslotte staat de witte dame niet goed, en dat werd mijn tegenstander fataal. Met de manoeuvre Le6-Lxc4+ (koning was naar f1 gegaan om de vorkdreigingen te pareren)-a5-Lf7 wist ik de dame in het nauw te drijven. Joost moest om dameverlies te vermijden 2 stukken offeren, en daarna offerde hij ook nog eens 2 torens erachteraan, om te bewijzen dat hij toch echt wel de betere weggeefschaker is. Gevolg was wel dat toen zijn stukken, zijn stelling en zijn tijd op waren, en hij me maar feliciteerde, zodat we naar het (alcoholvrije) bier konden, dat in ieder geval nog lang niet op was.
Helaas speelde Abel op bord 5 tegen zijn ‘angstgegner’ Tjerry Hut, die hem 3 jaar geleden in Sliedrecht ook al de baas was. In een Caro-Kann (ik dacht de Leeuw de Sliedrechtste openingsspecialiteit was, maar blijkbaar hadden ze die vanmiddag op meerdere borden ingeruild voor de Caro-Kann) kwam Abel prima uit de opening, maar onderschatte hij een listig zetje …Db8 van zijn tegenstander, dat zijn paard op e5 pende (daarachter stond zijn dame op f4). Het was allemaal niet zo eenvoudig, want Abel kon zijn paard wel weghalen en zijn dame laten dekken, maar dan volgde een penning op 2 paarden, die Abel weer kon pareren door een matdreiging en een toren winnen tegen 2 paarden. Anyway, het leek mij niet zo goed voor Abel, maar hij had het dus wel gezien, maar gedacht dat de geïsoleerde pionnen van zijn tegenstander ook zwak zouden worden. Dat viel nogal tegen, die werden vrij sterk en Tjerry wist het Sliedrechtste punt binnen te harken.
Volgende tegenvaller was de partij van Rob Smits (2) die op bord 2 een goede pot leek te spelen en naar ik dacht ook wel iets van een beslissend voordeel had. Toch kwam hij even later de analyseruimte binnen met een half punt als resultaat. Naar eigen zeggen: “Ik speelde de xxx opening en kreeg groot voordeel. Ik wist dit voordeel te veranderen in een toreneindspel met twee pionnen meer. Toen ik een pion weg gaf door een onnauwkeurigheid moest ik berusten in remise.”
Onze kopman Charlie (1) was zowaar eens niet in tijdnood beland en had zelfs meer tijd dan zijn tegenstander. Dat gaf mij een gerust gevoel, en het liep ook goed af. Tegen Tijmen Schakel ging het op het bord lang gelijk op, maar inmiddels leek Charlie met een leuke paardmanoeuvre een pion te gaan winnen:

Tijmen was teveel gehecht aan zijn enig overgebleven pion en speelde hier 34…b5?? Dan maar een toren, dacht Charlie, en de handen konden geschud worden.
Invaller Koen (6) kwam niet echt lekker uit de opening, maar aan het begin van het middenspel kwam hij er steeds beter in en langzaam maar zeker kwam hij beter te staan. In onderstaande stelling begon hij mis te grijpen:

Als iemand hier beter staat is het zwart, al is een winnend plan vinden geen sinecure. Het plan van Koen werkte in ieder geval niet, want na 29…Te6? was tegenstander Jurgen de Haan er als de kippen bij om 30.d5! te spelen, de pion op c6 ging verloren en de witte stukken kwamen tot leven. Een paar zetten later verloor Koen de controle over de h-lijn, omdat hij dameruil wilde vermijden, maar met een dame op de h-lijn en met een ijzersterke witte loper op c3 is de stelling niet meer te houden. Helaas een 0 voor ons en een 2,5-2,5 tussenstand op de borden.
Lina (3) speelde op 3 een hele leuke pot, moeilijk om daar 1 fragmentje uit te pikken. Ook zij speelde binnen 10 zetten haar g-pion 2 zetten naar voren en liet hiermee ook duidelijk blijken dat ze hier niet was gekomen voor een saaie remise. Er volgde een hele vermakelijke partij met wisselende kansen, waarbij overigens gezegd moet worden dat Lina nooit slecht heeft gestaan (in engine termen, het wisselde nogal tussen 0.0 en +5).

In deze stelling speelde tegenstander Kees van de Does 28..Pxd5? – en het vraagteken is niet omdat deze zet een stuk verliest, maar er worden wel gedwongen veel stukken geruild en in het resterende eindspel zijn de witte pionnen op de damevleugel een stuk sterker dan de zwarte centrumpionnen. Na nog enkele spannende verwikkelingen gaven die pionnen inderdaad de doorslag en kon Lina een belangrijk punt binnenhalen voor ons team.
3,5-2,5 voor en het slotakkoord moest van de staartborden komen. Ik had er nog niet heel veel vertrouwen in, want Ziyang (7) stond twee pionnen achter in een eindspel en Jaap stond weliswaar een pion voor, maar leek er absoluut niet doorheen te kunnen komen en als iemand progressie aan het boeken was, dan was het zijn tegenstander.
Jaap (8) speelde tegen Bert Dobber, die blijkbaar in vorm was en daar was neergezet om een punt binnen te halen. Dat was echter ook de opdracht voor Jaap en die opdrachten zijn helaas (uiteindelijk voor Sliedrecht) niet verenigbaar. In de opening won Jaap een pion, later won Bert er weer een terug en bij de overgang naar het eindspel wist Jaap toch weer een extra pion te winnen. Maar wat was die waard? Niet zo veel, leek het lange tijd. Jaap kreeg (meerdere) remiseaanboden, maar moest eerst doorspelen van mij wegens het teambelang, en net ik hem toestemming gaf om remise aan te nemen (Ziyang had namelijk belangrijke progressie geboekt en stond niet meer verloren), leek hij mogelijk progressie te boeken en 2 zetten later ging zijn tegenstander inderdaad cruciaal in de fout:

Deze stelling is nog steeds remise, 81.Th7 is een logische kandidaatzet, maar eigenlijk elke torenzet (die de toren niet direct wegblundert) maakt remise. Wellicht was wit bang voor Td5+ en Txb5, maar dan komt de witte koning naar de 6e rij en heeft wit of allemaal schaakjes, of wit gaat de pion terugwinnen als de zwarte koning naar de b-lijn loopt. Wit speelde echter 81. Ke5? waarop Jaap uiteraard reageerde met 81…Th6! Toren achter de pion en lopen maar! De witte toren moest verdedigen op h1 en dan is het een kwestie van techniek en tijd en net voor de 100e zet wist Jaap het punt te scoren.
Tenslotte Ziyang, onze last-minute invaller op bord 7. Wat een thriller! Ziyang kwam gelijk uit de opening, maar in het middenspel met toren + paard voor beide waren zijn pionnen toch net wat zwakker dan die van tegenstander Maarten Hartkoren en wist Maarten twee pionnen te winnen. Dit leek lastig te gaan worden, maar Ziyang bleef geconcentreerd doorvechten en zag zijn kans schoon in onderstaande stelling:

Maarten heeft hier zojuist 54…Pe6? gespeeld. Na 54…g4 staat hij absoluut winnend, maar nu heeft Ziyang een kans: 55. Pxg5! en zwart kan niet goed terugslaan, want dan loopt de witte b-pion door (direct 55.b5 was ook genoeg voor remise). Er volgde 55…f4+ 56. Kg4 Ke3?? en dit is een volstrekt onverantwoorde manier om nog op winst te spelen, want nu staat Ziyang gewonnen. Hij twijfelde hier (zichtbaar) lang tussen 57. Pxe6 en Pc4, en koos het juiste plan met 57.Pxe6! en bereikte even later deze winnende positie:

Helaas vond Ziyang hier niet het winnende plan na 61…Ke1 62. Pf3+ en Ph2 – waarna het f1-veld onder controle is en de b-pion kan beslissen – maar besloot tot eeuwig schaak na 62. Pc2+ Ke2. Remise dus en hiermee een 5-3 overwinning voor DSC 4.
We gaan nu met 8 uit 4 de “winterstop” in, wat eigenlijk geen winterstop is, want op 10 januari is de volgende ronde alweer. Nog 3 lastige wedstrijden te gaan, waarvan 2 tegen directe concurrenten Shah Mata 1 en Krimpen 3 – de titelstrijd zal tussen ons en hen gaan, de rest lijkt afgehaakt. Ons plan is in ieder geval duidelijk… elke wedstrijd winne!
| Sliedrecht 3 | Rating | DSC Delft 4 | Rating | Ronde 4 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Schakel, T. (Tijmen) | 1870 | Hylarides, C.R. (Charlie Ronald) | 2021 | 0 – 1 | ||
| Stoker, M. (Martijn) | 1843 | Smits, R.C.M. (Rob) | 1865 | ½ – ½ | ||
| Does van der, C.M. (Kees) | 1772 | Khaddari el, L. (Lina) | 1809 | 0 – 1 | ||
| Stoker, J.C. (Joost) | 1837 | Drenthen, A. (Arjan) | 2024 | 0 – 1 | ||
| Hut, T.Y. (Tjerry) | 1836 | Drenthen, A. (Abel) | 1920 | 1 – 0 | ||
| Haan de, J.B.A. (Jurgen) | 1905 | Veelen van, K. (Koen) | 1840 | 1 – 0 | ||
| Hartkoren, M.H. (Maarten) | 1848 | Huang, Z. (Ziyang) | 1744 | ½ – ½ | ||
| Dobber, G. (Bert) | 1783 | Koster de, J. (Jaap) | 1838 | 0 – 1 | ||
| Gemiddelde Rating: | 1837 | Gemiddelde Rating: | 1883 | 3-5 |