DSC H1 wint ruim van Botwinnik H1: 5½ – 2½

Door Ted Barendse

Om een of andere reden spelen we altijd uit tegen Botwinnik 1. Zo ook deze keer, in het niet zo verre maar wel koude Zoetermeer. Aldaar aangekomen bleek er bij Botwinnik een snelschaakavond te zijn georganiseerd, en daarom speelden we in een van de leslokalen. Hieronder in eigen gekozen woorden een kort (?) verslag per bord:

Joost had op bord 2 een relatief eenvoudige partij; hij won met zwart binnen 20 zetten van Julian Oskam. Op het moment dat Joost zijn stelling al te prefereren was gaf Julian pardoes een pion weg met Kc2 (Lxb4!). Cynisch genoeg speelde hij een paar zetten later de zet Db5, waarna het aftrekschaak Pb4 (op het zelfde veld!) de partij meteen beëindigde. 0-1

On board 1, Yasin played against the young player Guido Mastop. Against the English, Guido opted for a little experimental play with c5, Nc6 and b6. This gave Yasin the option to take good central control with e3-d4 (for some reason people are okay with giving up the center lately!). Later in the opening, despite having safer options Yasin went for a piece sacrifice which forced the opponent to give up his queen for three pieces. However, the black king had to survive in the center against three attacking pieces and defensive resources weren’t clear in advance. The engine comes up with a fantastic concept for blocking the e-file on the e2 square where the evaluation would be around balanced with still a lot to play for. Nonetheless, this resource was missed by Black which leaded to a checkmate on move 25, 0-2.

Ted speelde op bord 6 tegen oude bekende Wouter Bik met zwart. Ik verraste hem (en mezelf!) in de opening met een onbekende zet en dito plan. Hij reageerde door een (dacht hij) tijdelijk pionoffer, dat dankzij een dreigende damevangst een echt pionoffer bleek. Na veel geruil kwam er uiteindelijk een pioneindspel op het bord, waarin ik ondanks de pluspion op allerlei piondoorbraakjes moest letten. Toen ik dat bekwaam gedaan had gaf Wouter op. 0-3

Pieter (bord 5) offerde in de opening een pion en kreeg daar prima positionele compensatie voor, maar toen de stelling opende toonde zijn tegenstander zich net iets slagvaardiger. Dus een nul (maar eerlijk is eerlijk: een mooie slotzet van Rogier). 1-3

Richard had zichzelf op bord 7 gezet met wit tegen de man met 3 uit 3  en een forse tpr. De opening koste hem veel tijd en gek genoeg sloeg  hij met zijn fianchettoloper in op c3 i.p.v. met het paard. Hierna stond wit duidelijk beter. Zwart rocheerde lang i.p.v. kort wat niet goed meer kon na het ruilen van zijn loper en ook die zet koste hem weer bakken tijd. Na zijn Pd5 baalde ik eerst aangezien hij zich uit een lastige situatie leek te wurmen, maar toen zag ik de briljante tussenzet. Na Pxf4 slaat hij de loper, maar ik sla dan niet direct de dame, maar speel Tc5 schaak! Na Kb8 kwam Dxh8 en bij zwart hangt zowel de dame als zijn tweede toren. Hiermee won ik de kwaliteit tegen een pion.  Dankzij de kwaliteit meer en 4 om 3 op de damevleugel kon ik een vrijpion creëren. Aan de andere zijde won zwart mijn g-pion maar zijn pionnen waren te traag. Middels een torenoffer kon ik promoveren, en even later mat geven met het paard op verre afstand. Mat, 1-0 en 1-4

Door de tactische opstelling van Botwinnik trof (Er)ik aan bord 3 met wit de op papier sterkste speler Arie Werksma. Een oude bekende, reeds 50 jaar geleden speelden we beiden in de RSB al was dit pas de 3e onderlinge lange partij. De vorige twee waren remise geworden … Na een voor mij wederom onbekende openingsopzet volgden we desondanks 10 zetten lang de theorie. Een hele prestatie voor mij.

In bovenstaande stelling speelde ik de theoretische zet Pf1 mede in de hoop dat hij Pd4 zou spelen. Tot mijn verbazing deed hij dat na lang nadenken. Gaat ie een kwaliteit offeren, dacht ik nog. Immers na cxd4-Lxa4, b3-Lb5, dxe5- dxe5 kan La3 volgen en door de dame op e8 kan de zwarte toren niet weg. Stockfish is niet onder de indruk van La3 en offert idd de kwaliteit waarna zwart iets beter staat. Maar goed, dat deed hij niet (en i.p.v. La3 geeft d4-d5 wit voordeel). Wat volgde was een waar foutenfestival van beide kanten, waar ik diverse keren de winst miste (met twee prachtige torens op de zevende rij)  en hij de beste verdediging niet speelde (al wist hij wel telkens iets taais te bedenken). Uiteindelijk resteerde in tijdnood een toreneindspel met drie pionnen op de koningsvleugel en daar zagen zelfs deze oude strijders geen brood meer in om op winst te spelen. Wederom remise dus helaas, dat begint een patroon te worden, ook omdat hiermee punt 4,5 werd binnengehaald en de teamoverwinning een feit was. 

Gert kwam aan bord 4 in een ongebruikelijke Chigorin-variant terecht. Lange tijd bleef het gelijk waarbij wit erg veel tijd verbruikte. Witspeler Arno kwam in zware tijdnood maar bleef wel goede zetten produceren. Pas aan het slot had Gert kunnen winnen met K+P + vrije a-pion tegen K+L. Maar i.p.v. gelijk op te stomen met die pion koos hij voor een koningszet i.h.k.v. afhouden van de vijandelijke koning (shouldering).Hierdoor had wit net de tijd om de loper een omtrekkende beweging te laten maken en de vrijpion van achteren onder controle te houden. Al met al knap verdedigd door Arno. 1-4

Met dank aan R•NET kwam Evert ruim 20 minuten te laat binnen om met zwart aan te schuiven op bord 8. 1.d4 stond op het bord en in de hoop de tijdachterstand in te lopen volgde 3. …a6. De Janowski-variant is namelijk niet altijd even bekend. Zo ook voor de tegenstander van Botwinnik. Op zet 12 stond de klok van Evert op 1:10u, en die van tegenstander Ciro op 30 minuten. In een stelling die voor zwart bekrompen was, maar met een goede pluspion waarbij het zoeken was naar een plan voor wit leek gunstig. Op zet 18 was de klokverhouding dan ook 5 minuten t.o.v. 40 minuten. Kwestie van normale zetten blijven doen, zou je denken. Er werd echter een suboptimale verdediging gekozen, waarbij de sterke witveldige lopen van wit kon infiltreren via c6, de a-lijn open kwam en een witte toren a7 bezette, waarbij de zwarte torens niet verbonden door de lopen die c8 nooit had verlaten. Die had verder ook geen velden door de zwarte pion op e6 en de geïnfiltreerde loper en toren in het zwarte kamp. Het werd een stelling waar “ineens alles werkt” voor je tegenstander. Ondanks het schaken op increment was het daarom relatief eenvoudig voor wit om goede zetten te doen, en moest nu zwart zoeken naar de dunne lijn. Ook aan zwarte zijde begon de tijd nu te drukken.  Toch heeft het ingelopen tijdvoordeel meegewerkt: ondanks het gewonnen eindspel voor wit — met een witveldige loper, toren en twee pionnen tegen een zwartveldige loper en toren — wist wit de winst niet te verzilveren. Eindspelen met tegenovergestelde lopers kunnen snel remise-achtig worden. Hier had wit de pluspionnen gewoon kunnen en moeten verzilveren naar winst. Wit verzaakte en na een afgeslagen remiseaanbod van Evert, claimde Evert even later remise. De stelling was drie keer herhaald. ½-½. Het gemiste halve bordpunt bleek niet te declareren bij R•NET.

Met deze 5½ – 2½ overwinning op Botwinnik, en de 5-3 overwinning van Schaakmat Westland op DSC 2 staat het nu precies gelijk in de Hoofdklasse, beide teams hebben 4 keer gewonnen en 23,5 bordpunt!

He is dus spannend (zoals het hoort!), de thuiswedstrijd tegen Schaakmat Westland op donderdag 5 februari zal meer duidelijkheid geven.

Ted Barendse, met bijdragen van alle spelers